Jurriaan van Stigt column
Naast de houtrevolutie is er dringend behoefte aan een installatierevolutie. Er wordt vaak beweerd dat houtbouw duurder is, maar in werkelijkheid zien wij dat het de installaties zijn die een aanzienlijk deel van het bouwbudget opslokken, zeker wanneer je alle benodigde bouwkundige voorzieningen meetelt. Het lijkt erop dat de installatiebranche gewend is geraakt aan steeds grotere schachten voor warmte-terugwininstallaties (WTW), warmtepompen, WKO-ruimten, brandkleppen en dubbele meterkasten. Deze praktijk zet zich voort in de houtbouw, met als gevolg verlaagde plafonds en aangepaste koven voor ventilatiekanalen. Houtbouw vraagt echter om vernieuwende oplossingen en een meer innovatieve benadering.
Naast de initiële investering worden onderhoud en afschrijvingen van installaties een steeds groter probleem voor de total cost of ownership. Dit vraagt om een herziening van hoe wij tegen installatietechniek aankijken. Hierbij denk ik terug aan een fotografieworkshop tijdens mijn studie aan de TU Delft. Op de universiteit was een fotostudio vol met lampen en geavanceerde apparatuur, speciaal om foto's van maquettes te maken. Tijdens een oefening kregen wij van de docent een ei met de opdracht om er een foto van te maken. We plaatsten het ei op een wit vel papier en begonnen enthousiast te schuiven met de vele lampen en fotoparaplu's. Het resultaat bleef echter onbevredigend: een rommelige foto met een vage, onscherpe omtrek.
Toen de docent binnenkwam en het spektakel van lampen zag, lachte hij en haalde bijna alle lampen weg, op één na. Hij positioneerde die ene lamp zo dat er een mooie schaduw viel, en nam de foto. De boodschap was duidelijk: soms verliezen we het zicht op de kern van het probleem en proberen we dit te compenseren door steeds meer oplossingen te stapelen om een zelfgecreëerd probleem op te lossen.
Die les is ook van toepassing op de installatieadvieswereld. Het is tijd om te stoppen met het blind stapelen van oplossingen en in plaats daarvan kritisch te kijken naar de werkelijke behoeften en innovatieve benaderingen te omarmen. Wie weet vinden we dan eindelijk het "ei van Columbus" voor de installatietechniek.