Adriaan Mout column
Vorige week werd bekend dat 17 gebouwen van Le Corbusier door Unesco op de lijst met werelderfgoed zijn geplaatst.
Vorig jaar ook is LC negatief in het nieuws geweest vanwege vermeende fascistische en antisemitische sympathieën. Tegelijkertijd was er een massaal bezochte grote overzichtstentoonstelling in het Centre Pompidou. Toevallig of niet, de plaatsing op de lijst is een terechte, ietwat late waardering voor de architect die in mijn studietijd, de 80er jaren, niet alleen god in Frankrijk was, maar god van de hele wereld.
Geliefd en verguisd, wordt hij toch beschouwd als de belangrijkste architect van de 20e eeuw. Inmiddels leven we in de 21e eeuw en aan de jonge generatie studenten en architecten merk je dat de belangstelling voor en kennis van LC tanende is. Ook daarom is deze herwaardering van groot belang. Het indrukwekkende oeuvre van LC, zowel de gebouwen als zijn vele teksten en schetsen, bevat een voortdurende zoektocht naar nieuwe vormen, technieken en manieren van wonen en werken.
Na jaren van crisis waarin behoudende concepten de boventoon voerden, is het weer tijd voor theoretisch onderzoek, experiment en vernieuwing in onze huidige bouwcontext. En juist daarin kan LC dienen als voorbeeld voor de nieuwe generaties die onze gebouwde omgeving bepalen. Een vleugje heroïek en eigengereidheid horen daar gewoon bij, maar ook lef en doorzettingsvermogen.
Vorig jaar bezochten we met ons bureau op excursie in Marseille de Unité, één van de gebouwen uit de lijst van Unesco. We waren allemaal onder de indruk van de idealistische kracht en schoonheid van dit gebouw. LC was een visionair met een niet aflatend geloof in de toekomst en de vooruitgang. Daarom verdient zijn werk deze status van werelderfgoed en verdient hij navolging door een generatie die weer gelooft in onderzoek, idealisme, experiment en vernieuwing.
Juli 2016, Cobouw.nl