nieuws

Flink gas geven, als je begrijpt wat ik bedoel

08 november 2021

Jurriaan van Stigt column

In 1970 schreef Maarten Toonder een visionair verhaal over de heer Bommel, De Slijtmijt. De achterflap van de heruitgave uit 2011 meldt dat Toonder “anticipeert op hedendaagse thema’s als duurzaamheid en overproductie. Voor de bovenbazen in dit Bommelverhaal bestaat teveel produceren niet! Versleten moet er worden, zodat de productie kan blijven groeien.” Aan het eind van het verhaal verkopen diezelfde ‘bovenbazen’ hun aandelen in cement en staal en kiezen ze voor hout. Gezien het recente nieuws over ABP is het boekje bijna visionair te noemen.

Ook voor ons architecten is telkens de vraag: moeten we nog wel blijven ontwerpen met cement, staal en baksteen, materialen waarvan de CO2-uitstoot zo overdonderend groot is? Even los gezien van de realiteit van de contracten en regelgeving; moeten we het nog willen? We kunnen natuurlijk niet opeens alles van hout maken. Zoveel mogelijk, absoluut, en in Nederland misschien in de eerste plaats het skelet. Maar in de tussentijd valt er nog een hoop winst te halen bij andere gebouwonderdelen. De baksteen- industrie wil bijvoorbeeld graag veranderen. Laten we hen helpen. Baksteen is tenslotte een zeer slijtvast gevelmateriaal, en de klei komt als vanzelf binnenstromen, een hernieuwbare bron.

Als ontwerpers kunnen we bijvoorbeeld kiezen voor dunnere stenen. Een steen van 65mm bespaart al snel 35% CO2, maar kan ook leiden tot minder staal in de gevel. Keramische steenstrips, met een metalen ophangsysteem, dat komt al snel uit op een reductie van 70% CO2, en is bovendien ook nog demontabel. De grootste stap zou gemaakt worden als de overheid een duidelijke keuze maakt voor waterstof, en dat gewoon door het bestaande gasnet laat gaan. Fabrikant Strating kondigde deze week in de Volkskrant al aan dat ze staan te trappelen.

Om met Bommel te spreken: we moeten flink gas gaan geven, als je begrijpt wat ik bedoel.